Ontlokkers

Er bestaan een groot aantal ontlokkersets voor specifieke toepassingen. Hieronder een overzicht van ontlokkers die wij hebben kunnen vinden. Natuurlijk is een dergelijk overzicht nooit compleet. In de praktijk gebruikt elke consultant weer eigen ontlokkerlijsten. Het doel van het overzicht is om consultants voorbeelden te geven hoe je de ontlokkers aan je eigen toepassingsgebied kunt aanpassen.

 

Standaardlijst (zie Self Narratives)

Verleden:
Is er in het verleden een ervaring of omstandigheid of een persoon (personen) geweest die volgens u van grote invloed was op uw leven en die nu ook nog op een of andere wijze op uw huidige leven een zekere invloed heeft?

Heden:
Is er in uw huidige bestaan een omstandigheid of een persoon (personen) waaraan u grote invloed toekent?

Toekomst:
Zal er, voor uw gevoel , een omstandigheid of een persoon (personen) zijn die van grote invloed zal zijn in uw toekomstige leven?
Zal er in uw toekomst iets zijn , een bepaald doel (privé en/of werk) waarvan u verwacht dat het in uw leven een belangrijke rol zal spelen?

Werk:
Wat is kenmerkend voor het werk dat u doet? Hoe ervaart u uw werk?

Genieten:
Waarvan kunt u in sterke mate genieten?

Denken:
Is er iets dat uw gedachten in sterke mate bezig houdt? Is er iets waarover u veel denkt?

Persoon; afzetten:
Wie is de belangrijkste persoon in uw leven tegen wie u zich probeert af te zetten?
Is er iemand in uw leven die op de een of andere manier belangrijk voor u is , maar waarmee u zich niet goed verwant kunt voelen?

Groep; afzetten:
Wat is de belangrijkste groep mensen of het belangrijkste type mensen in uw leven waartegen u zichzelf probeert af te zetten?
Is er een groep mensen of een type mensen in uw leven die op de een of andere wijze belangrijk voor u is, maar waarmee u zich niet goed verwant kunt voelen?

Persoon; eenheid:
Wie is de belangrijkste persoon in uw leven met wie u zich één voelt?
Is er iemand die voor uw leven belangrijk is en met wie u zich in hoge mate verwant voelt?

Groep; eenheid:
Wat is de belangrijkste groep mensen of het belangrijkste type mensen in uw leven waarmee u zich één voelt?
Is er een groep mensen of een type mensen dat voor uw leven belangrijk is en waarmee u zich in hoge mate verwant voelt?


Maatschappij:
Vindt u dat er een aspect van de maatschappij is dat voor u van invloed en/of belang is?
Wat vindt u van uw positie in de maatschappij?

Aanvullende gebieden:
Is er nog iets dat in uw huidige leven van belang of van invloed is en dat u tot nu toe nog niet naar voren heeft gebracht?
U kunt hierbij denken aan (de beleving van) uw lichaam, belangrijke dromen, het ervaren van zoiets als ‘zin’ van uw leven.

Wilt u de waardegebieden nog eens doornemen en kijken of er niets vergeten is dat op de een of andere wijze belangrijk voor u is. Dat kan dan alsnog als een waardegebied worden opgenomen.

Algemeen ervaren:
Het Algemeen ervaren is het antwoord op de vraag:
‘Hoe voel ik mij de laatste tijd in het algemeen gezien?’

Ideaal ervaren:
Het Ideale ervaren is het antwoord op de vraag:
‘Hoe zou ik me graag willen voelen?’

 

Ontlokkers over faalangst

1. Is er op school ooit iets gebeurd waar je nu nog wel eens aan denkt?
(dit kan een prettige gebeurtenis zijn of iets dat niet prettig was)

2. Zijn er op school of in de les dingen waardoor jij je zenuwachtig/gespannen voelt, zodat je niet meer goed kan laten zien wat je eigenlijk zou kunnen of dat je niet kunt zeggen wat je eigenlijk zou weten?
Er komt op zo’n moment niet uit wat er in je zit. Herken je dat?
( je kunt denken aan een bepaald vak, de klas, de leraren, andere leerlingen of plekken op school. Dus alles wat met jou en school te maken heeft)

3. Is er een les of zijn er lessen waarvoor je zenuwachtig bent?

4. Zijn er op school of in de les dingen, waardoor jij je op je gemak voelt, zodat wat je wilt doen en wilt zeggen ook lukt?Komt er dan wel uit wat er in je zit?

5. Is er iets op school waar je veel aan denkt?

6. Is er iemand die belangrijk voor je is: aan wie je dingen kunt vertellen die je bezig houden?

7. Is er iemand met wie je niet kunt opschieten?
Is er een groep mensen die je niet mag?Heeft dat invloed op je schoolwerk?

8. Zijn er mensen of dingen waarover we nog niet gesproken hebben, maar die wel belangrijk zijn voor jou op school?

9. Zijn er thuis dingen die belangrijk zijn voor hoe je je voelt op school?

 


Rouwontlokkers

Wat is er gebeurd:
Als je er aan denkt dat ………………. is doodgegaan, wat houdt je dan vooral bezig?
Als je er aan denkt dat ………………. Is doodgegaan, wat betekend dat dan voor je?
Wat is de belangrijkste verandering in je leven sinds de dood van ………………?

Hier en nu:
Waar denk je de laatste tijd veel aan als je denkt aan de dood van …………………….?

Toekomst:
Als je denkt aan je toekomst zonder …………… wat houdt je dan het meest bezig?

Activiteiten:
Welke activiteiten zijn op dit moment belangrijk voor jou?
Je kunt denken aan school, werk, maar ook aan andere dingen.

Genieten:
Waar kun je erg van genieten?

Herinneringen:
Welke herinneringen aan ……………………. zijn erg belangrijk voor je?
Als je denkt aan …………………. Wat wil je nooit vergeten?

Contact. Persoon:
Op welke manier kun je nog contact hebben met ………………..?
Hoe belangrijk is dit voor je?

Contact. Gevoel:
Wat is jouw manier om heel dicht bij je gevoelens te komen die te maken hebben met het verlies van ………………………..?
Je kunt hierbij denken aan dingen als bepaalde muziek, een gedicht of een boek, een dierbaar voorwerp, een bijzondere plek.

Steun:
Is er iemand die heel belangrijk voor je is?
Aan wat of wie heb je veel (gehad) als je het moeilijk hebt of had dat …………. er niet meer is?

Irritatie:
Is er in je omgeving iets of iemand, dat of die je ergert , nu …………………. Dood is?
Iemand met wie je nu niet meer kunt opschieten?

Dingen die we vergeten zijn:
Wanneer je nu alle kaartjes waarop je de belangrijke dingen uit je leven opgeschreven hebt nog een keer leest, zijn er dan dingen die je nog niet gezegd hebt, maar die belangrijk voor je zijn?

Algemeen ervaren / Ideaal ervaren:

 

Ontlokkers Stress

Verleden specifiek: vragen om faalangst/ perfectionisme te onderzoeken:

1.Is er ooit door je ouders verteld dat je kon zijn en worden wie/ wat jij ook maar wilde en dat ze van je hielden onafhankelijk van wat je op dat moment koos?

2.Was fouten maken OK? Welke boodschap kreeg je van je omgeving: “Je mag geen fouten maken”, of, “We maken allemaal fouten en dat is de manier waarop je leert.”

3. Werd je aangemoedigd/gesteund om al je talenten en interesses te ontdekken , ook al veranderden die elke dag?

4. Kreeg je echte aanmoediging en hulp om uit te vinden wat je wilde doen/worden en hoe je dat kon bereiken? Hoe reageerde je daarop?

5. Is er iets dat je te goed doet?


Verleden specifiek: vragen op het gebied van dingen nalaten, verzuimen, verwaarlozen te onderzoeken:

Geef een activiteit aan waarvan je weet dat je die in jouw leven verwaarloost. Het moet iets zijn dat je leven sterk zou veranderen, het zij privé , hetzij je werk.

Als je terugdenkt aan de stressvolle periode van de afgelopen tijd, is er iets dat je nagelaten hebt om te doen, heb je iets laten liggen?

Heden specifiek: het leven buiten werk:

Als je vrij bent van je werk , hoe breng je dan je tijd door?
(eventueel doorvragen: Laat de cliënt een taart tekenen waarin de indeling van een typische week weergegeven wordt. Wat valt de cliënt op?)

Waar voel je je thuis?

Wat zijn je prioriteiten voor je leven buiten je werk?

Gezondheid/ vitaliteit/ relatie met je lichaam:

In welk opzicht speelt je gezondheid een rol in je huidige situatie?

Wat geeft energie?

Wat vreet energie?

Ontlokkers om los te komen van de realiteit/ om angst weg te halen

Stel dat je in de Middeleeuwen zou leven, wat zou je doen? Wat voor beroep, bezigheid heb je? Vertel wat je doet en vertel wat de kwaliteiten zijn van wat je doet.

Als je gegarandeerd was van succes , wat zou je doen?


Ontlokkers om de oplossing van het huidige probleem te onderzoeken

Als er vannacht een wonder gebeurt, waardoor alle problemen waarvoor je staat voldoende worden opgelost maar je weet het niet want je sliep, waaraan zou je dan, morgenochtend als je wakker wordt merken dat het wonder gebeurd was?

-Waaraan het eerst?
-Hoe zou je het dan verder morgen anders gaan doen?
-Wie zou na jou de eerste zijn die het zou merken en waaraan?
-Hoe zou die dan reageren en hoe zou jij dat vinden?

Wanneer was er de afgelopen tijd soms al even iets dat een beetje op dat wonder leek?

-Wat gebeurde er toen precies ?
-Hoe zou dat vaker kunnen gebeuren?
-Wat is daarvoor nodig?

Dit is gebaseerd op "de wondervraag". Zie daarvoor bijv. Sklar: ...

 

Ontlokkers jongeren

Verleden:
Is er in jouw verleden ooit iets gebeurd waar je nog steeds aan terug denkt?
Misschien een belangrijke gebeurtenis of een contact met een persoon?
Iets dat invloed op je leven heeft gehad en eigenlijk nog steeds wel heeft?
Het kan een prettige herinnering zijn maar ook wel een vervelende.

Thuis:
Hoe gaan je ouders en jij met elkaar om en wat is daarin belangrijk voor jou?
In welke opzichten zijn je ouders zoals jij ook zou willen zijn?
In welke opzichten zijn je ouders zoals jij juist niet zou willen zijn ?
Als je denkt aan hoe het bij jou thuis is , is er dan iets dat je belangrijk vindt?
Misschien heb je broers en zussen?
Heb je een plek die helemaal van jou is, of heb je dat juist niet?
Zijn er nog andere personen thuis of in de familie die erg belangrijk voor je zijn?
Heb je misschien een huisdier dat erg veel voor je betekent?

Jezelf:
Als je denkt aan zelfstandigheid, wat komt er dan in je op?
Wat kun je alleen af, wat kun je in je eentje voor elkaar krijgen?
Als je denkt aan hulp vragen en afhankelijk zijn , wat komt er dan in je op?
Misschien kost het je moeite om hulp te vragen of misschien vraag jij juist graag hulp?
Als je denkt aan competentie wat komt er dan in je op?
Waarin ben je goed of wat kun je goed?
Zijn er dingen waarin je beter zou willen zijn dan je nu bent?
Wat vind je erg belangrijk om te kunnen?
Als je denkt aan je zelf kunnen zijn , wat komt er dan in je op?
Waar, wanneer en met wie kun je het minst jezelf zijn of komt er niet uit jou wat er in je zit?
Is er bij jou een stem van binnen die zegt hoe jij zou moeten zijn? Hoe belangrijk is de invloed daarvan op jou?
Hoe zien anderen jou ? Net zo als jij jezelf ziet?
Wat krijgen anderen te zien?
Wat laat je anderen juist niet zien?

School/ studie:
Als je denkt aan de omgang met je klasgenoten, wat komt er dan bij je op? Wat vind je belangrijk?
Als je denkt aan de omgang met je docenten, wat komt er dan bij je op? Wat vind je belangrijk?
Als je denkt aan de vakken die op school leert en aan het huiswerk dat je daarvoor moet doen, wat is dan het eerste dat bij je opkomt?
Voor wat voor studie ben je van binnenuit gemotiveerd? Waarvoor loop je warm?
Wat voor werk of studie frustreert je?
Als je onder druk komt te staan door veel werk, hoe reageer je daar in het algemeen op?

Vrienden en verbondenheid:
Is er iemand met wie je goed kunt opschieten?
Als je denkt aan de omgang met vrienden of vriendinnen, wat komt er dan bij je op? Wat is daarin belangrijk voor jou?
Misschien heb je verkering? Wat betekent het hebben van een vaste vriend/vriendin voor jou?

Activiteiten/ genieten:
Wat betekent vrije tijd voor jou?
Waar(mee) breng jij je vrije tijd door?
Hoeveel vrije tijd heb je en hoeveel vrije tijd gun jij jezelf?
Wat zijn de meest belangrijke dingen of momenten, waarvan je heel erg kunt genieten?

Lichaam:
Wat vind je van je uiterlijk?
Misschien ben je er best tevreden mee of misschien voel je je onzeker bij het idee dat je er de rest van je leven mee moet doen?
Hoe is het de laatste tijd met je gezondheid?

Dromen en fantasieën:
Is er iemand die in je verbeelding/fantasie een grote rol speelt?
Is er een belangrijke droom die je je herinnert?
Heb je een idool?

Einde van het leven:
Als je denkt aan doodgaan, wat komt er dan in je op?
Zijn er tijdens jouw leven belangrijke mensen doodgegaan of op een andere manier uit je leven verdwenen?
Hoe belangrijk is het weggaan van die persoon nu nog voor jou?
Als je denkt aan dood willen zijn, wat betekent dat voor jou?
Heb je er wel eens aan gedacht om een einde aan je leven te maken?
Heb je wel eens iets gedaan om een einde aan je leven te maken of om jezelf te verminken?

Denken:
Is er iets waar je veel over nadenkt?
Is er iets dat je gedachten veel bezig houdt?

Afzetten tegen:
Is er iemand of een groep van personen aan wie je een hekel hebt?
Is er iemand of een groep van personen die macht over jou heeft of probeert te hebben?
Iemand die jou dwarsboomt in wat jij wilt?
Iemand die jou van je mening af kan brengen?
Iemand die je bedriegt, beveelt, dreigt, straft of probeert om te kopen?
Zijn er personen met wie je om een of andere reden liever niet omgaat?

Conflicten en kritiek:
Hoe ga je om met conflicten of spanningen als je die hebt?
Als je denkt aan ernstige problemen, die nu of vroeger voor je gespeeld hebben, hoe zou je jouw manier van reageren onder woorden brengen?
Hoe ga je om met mensen die de dingen anders doen dan jijzelf?
Hoe ga je om met kritiek die geleverd wordt op je werk, of op jou als persoon?

Schaduwkanten en valkuilen:
Waarin schiet je tekort, volgens jezelf? Volgens anderen?
Aan welke eigenschappen of gedragingen van anderen erger jij je of heb je een hekel aan?
Heb je een ideaal waaraan je vasthoudt? Past dit bij je?

Maatschappij en waarden:
Wat vind je van de maatschappij zoals die nu is ?
Houdt het je bezig wat er in jou omgeving gaande is ?

Zijn er waarden waarin jij sterk gelooft en die van invloed op je leven zijn?
Heb je tegenstrijdige waarden, die op dit moment binnen jezelf botsen?
Zijn er waarden of tegenstrijdigheden waarmee jij het niet eens bent of waar je niet uit bent , die jouw leven beïnvloeden?
Houdt het je erg bezig wat er met de wereld gaat gebeuren? Hoe belangrijk is dat nu in je leven?

Werk:
Wat betekent werk voor je?
Wat, in je werk , motiveert je het meest?
Waar zie je tegen op?

Toekomst:
Als je denkt aan de toekomst, is er dan iets dat je bezighoudt?
Misschien heb je al een idee of een fantasie over de richting die je in wilt slaan?
Misschien ook over hoe je later perse niet wilt worden?
Is er iemand die, of iets dat sterk bepaalt wat jij zult moeten worden?
Misschien ben je daar bang voor of misschien ook weer niet?

 

Ontlokkers docenten/leerlingbegeleiders

Verleden:
Is er in het verleden een ervaring, een omstandigheid of een persoon geweest, die, volgens jou, van grote invloed is geweest op je leven en die nu nog steeds op de een of andere manier een zekere invloed heeft op je bestaan?
Wat zijn belangrijke ervaringen uit je verleden die mogelijk van invloed zouden kunnen zijn (zowel in positieve als in negatieve zin) op je werk als …………………………….?

Heden:
Is er in je huidige bestaan een omstandigheid of een persoon waaraan je grote invloed toekent?
Zijn er belangrijke omstandigheden of personen die mogelijk van invloed zijn op je werk als ………………………?

Toekomst:
Hoe zie jij jezelf over 5 jaar?
Welke eigenschappen en capaciteiten zou je , met het oog op je verdere loopbaan willen verbeteren of ontwikkelen?

Onderwijs:
Wat motiveert je om binnen het onderwijs te werken?
Wat remt of blokkeert je?

Omgang met leerlingen:
Wat is belangrijk/kenmerkend voor de manier waarop je met leerlingen werkt, als……?
Wat motiveert je het meest?
Wat vind je het moeilijkst?
Waar ligt je kracht?

Omgang met collega’s en directie:
Hoe ga je om met spanningen en conflicten als je die hebt met collega’s?
Hoe ga je om met collega’s die leerlingen anders benaderen dan jij zelf of die een heel andere opvatting hebben over leerlingbegeleiding?
Wat gebeurt er met je als je kritiek ontvangt?
Hoe denken je collega’s over jou, volgens jezelf?
Zijn er mensen die als voorbeeld dienen voor je werk als …………………………..?
Is er een type leerlingbegeleider/decaan waaraan je een hekel hebt, waar je je tegen afzet?

Werksituatie:

Welke functies en taken vervul je? Hoe ervaar je die?
Kun je jezelf binnen je huidige taak realiseren?
Wat vind je van je taak belasting?
In hoeverre ervaar je een spanningsveld tussen ‘wat de school van je vraagt’ en je privé leven?
Wat vind je van de waardering van je functie?

Aanvullende gebieden:

Is er iets dat, volgens jou, belangrijk voor je is en dat nog niet aan bod is geweest?
Het kan met je werk te maken hebben maar ook met iets anders.


Ontlokkers studie en beroepskeuze

Verleden: Welke ervaringen of omstandigheden en het verleden zijn belangrijk voor je geweest?
Je kunt zover terug gaan als je wilt.
Je kunt daarbij denken aan: ouders of familie
School, docenten, vakken
Vrienden
Mensen in de buurt
Ook kun je denken aan : Het milieu waarin je bent opgegroeid
Een belangrijke verhuizing
Regels die golden voor het jongen of meisje zijn, waaraan jij je moest houden.

Heden: Wat zijn de belangrijkste mensen of omstandigheden die op dit moment een grote invloed op je hebben?


Toekomst: Als je denkt aan je toekomst , wat houdt je dan bezig?
Je kunt denken aan : je ideeën of fantasieën over de richting die je zou willen gaan, iemand die voor jou een model is, iets wat je perse niet wilt.

Werk en studie en motivatie:
Wat is kenmerkend voor het werk of de studie die je op dit moment doet?
Hoe ervaar je dit werk of deze studie ?
Voor wat voor werk of studie ben je van binnenuit gemotiveerd?
Wat voor werk of studie frustreert je?

Algemene toestand op werk of studie:
Hoe gaat het de laatste tijd met je werk of je studie? Hoeveel plezier beleef je er in?

Capaciteiten:
Waarin ben je goed, wat zijn je sterke punten?
Waarover ben je zelf tevreden? In hoeverre wordt je daarin door anderen gewaardeerd?
Wat zou je , met het oog op hoe je je gedraagt, nog willen veranderen aan je zelf?
Wat zou je , met het oog op wat je nu kan, nog willen leren?

Schaduwkanten en valkuilen:
Waarin schiet je tekort, volgens je zelf en anderen?
Aan welke eigenschappen of gedragingen van anderen erger jij je of heb je een hekel?
Heb je een ideaal waaraan je , eigenlijk tegen beter weten in, vasthoudt? Iets dat eigenlijk niet past bij wie je bent?
Wat zou er gebeuren als je dat ideaal niet zou hebben?

Het man/ vrouw zijn:
Als je denkt aan de wijze waarop je man/vrouw bent, hoe zou je jouw stijl van man/vrouw –zijn onder woorden brengen?
Wat houdt je het meest bezig als het gaat om man of vrouw zijn?

Werk of studiebelasting:
Als je onder druk komt te staan door veel werk , hoe reageer je daar in het algemeen op ?

Conflicten en kritiek:
Hoe ga je om met conflicten en spanningen , als je die met een of meerdere personen hebt?
Als je denkt aan ernstige problemen, die ofwel nu voor je spelen ofwel vroeger voor je gespeeld hebben, hoe zou je jouw manier van reageren onder woorden brengen ?
Hoe ga je om met mensen die dingen anders doen dan jijzelf?
Hoe ga je om met kritiek die geleverd wordt op je werk, of op jou als persoon?

Genieten:
Waarvan kun je heel erg genieten?
Waarmee breng jij je vrije tijd door? Wat zijn je hobby’s?

Denken:
Is er iets dat je gedachten veel bezig houdt? Is er iets waar je veel over denkt?

Persoon; eenheid:
Wie is de belangrijkste persoon of groep personen met wie jij je een of verwant voelt?

Maatschappij:
Wat is jouw plaats inde wereld om je heen?
Welke ontwikkelingen in de maatschappij interesseren je?
Waaraan zou jij willen bijdragen?

Aanvullende gebieden:
Is er nog iets in je leven dat je van belang vindt en dat nog niet aan de orde is geweest? Je kunt dat alsnog formuleren.

Algemeen ervaren/Ideaal ervaren


Ontlokkers voor mensen met een handicap

Verleden:
Als je kijkt naar alles wat je tot nu toe hebt meegemaakt:
Wie/wat heeft er veel invloed op je gehad of wie/wat is heel belangrijk voor je geweest?
Heden:
Als je kijkt naar wat je nu allemaal meemaakt :
Wat houdt je nu vooral bezig?
Wie of wat heeft veel invloed op de situatie?

Thuis :
Hoe gaan je ouders en jij met elkaar om en wat is daarin voor jou belangrijk?
In welk opzicht zijn je ouders zoals jij ook zou willen zijn?
In welk opzicht zijn jouw ouders zoals je juist niet zou willen zijn?
Zijn er nog andere personen thuis of in je familie die erg belangrijk voor je zijn?

Toekomst:
Als je denkt aan de toekomst ;
Wie of wat zal dan veel invloed op je hebben?
Wie of wat zal dan erg belangrijk voor je zijn?
Als je denkt aan zelfstandigheid, wat komt er dan in je op?
Als je denkt aan hulp vragen en afhankelijk zijn, wat komt er dan bij je op?
Voor welke studie of welk vak ben je van binnenuit gemotiveerd? Waarvoor kun je warm lopen?

Blind/slechtziend zijn:
Wat betekend het blind/slechtziend zijn voor jou?

Activiteiten:
Wat zijn de belangrijkste activiteiten waar je meestal mee bezig bent?

Genieten:
Waar geniet je erg van ?
Wat zijn de momenten waarop je intens kunt genieten?

Denken:
Is er iets dat je gedachten erg veel bezig houdt? Waar denk je veel aan ?

Goede eigenschappen:
Wat vind je een goede eigenschap van jezelf?
Wat vind je van jezelf een sterke kant, of waarin word je door anderen gewaardeerd?

Slechte eigenschappen:
Wat vind je een slechte eigenschap van jezelf?
Wat vind je bij jezelf een zwakke kant, of wat zou je willen veranderen aan jezelf?

Bron: redactie 2005